dinsdag 3 december 2013

Stamrecht bv opnemen of laten staan?

Zoals u in diverse media waarschijnlijk wel heeft vernomen heeft het kabinet voorgesteld de stamrechtvrijstelling per 1 januari 2014 af te schaffen. Voor bestaande gevallen wordt de vrijstelling echter gehandhaafd. Om te stimuleren dat ook bestaande stamrechten worden stopgezet geldt in 2014 een kortingsregeling;
Heeft u vóór 15 november 2013 een stamrecht bv opgericht waarin u een ontslagvergoeding heeft laten storten, dan mag u in 2014 dit tegoed opnemen en profiteert u van deze belastingvrijstelling. U hoeft dan over 20 procent van het opgenomen tegoed geen inkomstenbelasting te betalen. Slechts 80 procent van het tegoed wordt dus belast. Dit klinkt in eerste instantie aantrekkelijk, maar is het ook verstandig?

Omdat de kortingsregeling alléén in 2014 geldt zal in dat jaar moeten worden gekozen tussen voortzetten of stopzetten van het stamrecht. Het hangt sterk van de omstandigheden en de voorkeur af wat daarbij een verstandige keuze is. 

In het algemeen geldt dat de stamrecht BV op lange termijn een hoger rendement oplevert omdat die BV vrijwel belastingvrij kan sparen. Bovendien worden de uitkeringen te zijner tijd waarschijnlijk in een lagere tariefschijf belast dan bij uitkering ineens. Er kunnen nog andere punten een rol spelen.

  • Was u van plan om de het geld in de stamrecht bv pas te gebruiken voor later tijdens uw pensionering een uitkering anvulling op uw inkomen te hebben. Als u het geld uit de stamrecht bv opneemt en mogelijk (deels) uitgeeft, verdwijnt deze pensioenpot of slinkt deze in elk geval aanzienlijk. Als u het geld consumeert is het ook de vraag of uw pensioenvoorziening nog voldoende is.
  • U profiteert na opname mogelijk niet meer van de lager belastingtarieven die gepensioneerde genieten in de 1e en 2e belastingschijven. 
  • U kunt door opname van het geld in een hogere belastingschijf terechtkomen (vooral bij opname kleine bedragen). U heeft dan wel het voordeel dat over 20% geen belasting wordt geheven, maar dit voordeel weegt waarschijnlijk niet op tegen de hoger belastingafdracht in een hogere belastingschijf.
  • Onttrekt u een een groot bedrag uit de stamrecht bv, dan loont die vrijstelling van 20 procent meer, omdat je automatisch over een groter bedrag geen belasting hoeft te betalen. Maar je weet ook zeker dat je dan over (een deel van) het opgenomen bedrag 52 procent inkomstenbelasting gaat betalen.
  • De uitkering kan in 2016 en daarna leiden tot heffing in box 3. Hierdoor verdwijnt uw voordeel van de korting in box 1 deels (1,2% per jaar). 
  • Door opname stijgt u inkomen in dat jaar en heeft de uitkering invloed op inkomensafhankelijke regelingen, zoals toeslagen.
  • Loopt uw WW uitkering bijna af en dreigt voor u een situatie dat u in de bijstand dreigt te komen. Opname van het tegoed leidt er toe dat uw eerst uw vermogen dient op te maken alvorens bijstand te ontvangen.
  • Indien u het kapitaal wilt gebruiken om bijvoorbeeld een onderneming te beginnen. Laat u het bedrag bedrag uitkeren dan heeft u een lager nettobedrag ter beschikking.
  • Wie ervoor kiest het geld uit de stamrecht bv op te nemen, moet ook nog rekening houden met een addertje onder het gras, zoals De Telegraaf in oktober berichtte. De fiscus gaat bij de belastingheffing namelijk uit van de zogenoemde papieren waarde van de stamrecht bv. Dit is het bedrag dat de bv waard is op papier. In de praktijk komt het echter vaak voor dat er minder geld in de stamrecht bv zit. Dit omdat het is gebruikt voor tegenvallende beleggingen of nog uitstaat in de vorm van leningen aan derden. In dit geval betaalt u dus ook nog (deels) belasting over geld dat u niet heeft gekregen.


Aan de andere kant kan uitkering juist voordelen hebben.
  • U het geld gebruikt om dure schulden af te lossen. b&d administratie partners  kan dat soort punten voor u in kaart brengen. 
  • U bespaart op de premie Zorgverzekeringswet. Als u het geld in de stamrecht bv periodiek laat uitkeren, betaalt u over elke uitkering die u ontvangt 5,65 procent aan inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet. Door het stamrechttegoed in één keer volledig op te nemen hoeft u deze bijdrage echter alleen te betalen over een bedrag van maximaal 50.853 euro per jaar. Over het meerdere hoeft u geen bijdrage voor de Zorgverzekeringswet te betalen.

Naast de cijfermatige voor- en nadelen speelt uiteraard ook het gevoel mee bij de keuze. Het kan immers prettig zijn dat u het geld vrij ter beschikking hebt in plaats dat het ‘vastzit’ in de BV. 


Conclusie eenmalig belastingvoordeel bij opname geld uit stamrecht bv

Het belastingvoordeel van 20% bij afkoop kan aantrekkelijk zijn. Vooral als u voor het geld een goede besteding weet, bijvoorbeeld het aflossen van een lening met een hoge rente. Dan is het zeker aan te bevelen. Een nadeel kan zijn dat u de komende jaren minder geld overhoudt om van te leven.

Hoe het in uw geval uitpakt, neem contact op met b&d administratie partners om uw situatie door te spreken en per geval bekijken en berekenen of u kunt profiteren van het geboden extra belastingvoordeel.

Mocht u naar aanleiding van dit artikel meer informatie willen of heeft u nog een vraag. U kunt gerust contact met ons opnemen info@bdap.nl of bel 078-8880233.

maandag 7 januari 2013

Nieuwe factuureisen vanaf 2013


Nieuwe eisen aan facturen vanaf 2013
De factuureisen voor ondernemers zijn gewijzigd per 1 januari 2013. b&d administratie partners brengt in het volgende artikel de wijzigingen in beeld.

Nieuwe vereisten:
1. Als de factuur wordt gemaakt/uitgereikt door de afnemer in plaats van de leverancier of dienstverlener dan moet de volgende tekst op de factuur staan: ‘factuur uitgereikt door de afnemer’

2. Als er gebruik wordt gemaakt van de verleggingregeling, moet de volgende tekst op de factuur staan: ‘btw verlegd’


3. als een van de bijzondere regelingen van toepassing zijn op de opgemaakte factuur, dan moet de volgende tekst op de factuur staan:  ‘Bijzondere regeling reisbureaus’, ‘Bijzondere regeling – gebruikte goederen’, ‘Bijzondere regeling – kunstvoorwerpen’, ‘Bijzondere regeling – voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten’

4. Als een fiscaal vertegenwoordiger de BTW voor u afdraagt  dan dienen de naw-gegevens en het btw-identificatienummer van de fiscaal vertegenwoordiger vermeld te worden op de factuur.

Wat is er anders?
Factureringstermijn wijzigt
Vanaf 2013 moet een factuur vóór de zestiende dag na de maand waarin de levering of dienst is verricht uitgereikt worden. Tot nu toe was dat vóór de vijftiende dag. Deze regel geldt ook voor doorlopende leveringen waarvoor maandelijks een factuur wordt verstuurd.

Elektronisch Factureren
De mogelijkheid tot elektronisch factureren krijgt per 1 januari 2013 een wettelijke grondslag. Dat betekent dat papieren en elektronische facturen gelijk behandeld moeten worden.

Internationale Transacties
Bij internationale transacties was er vaak onduidelijkheid over welke factuurregels van toepassing waren. Vanaf 2013 komt hier meer duidelijkheid over: in principe gelden de regels van het land waar de goederen worden geleverd of de diensten worden verricht.

Vereenvoudigde factuur
De regels voor het uitreiken van vereenvoudigde facturen worden versoepeld.
Ondernemers mogen een vereenvoudigde factuur uitreiken wanneer het factuurbedrag inclusief btw niet hoger is dan 100 euro of wanneer het document een eerdere factuur aanvult, zoals een creditnota.

Op een vereenvoudigde factuur moeten:

  • de datum van uitreiking,
  • de identiteit van de ondernemer die de prestatie verricht,
  • de aard van de prestatie,
  • het btw-bedrag 
  • en een eventuele verwijzing naar de oorspronkelijke factuur worden vermeld. Bijv bij een creditnota.
Hoewel de wijzigingen niet erg ingrijpend lijken, kan de Belastingdienst een ondernemer een boete tot 4.920 euro opleggen bij het herhaaldelijk uitreiken van een onjuiste factu(u)r(en). Dus voor de volledigheid hierbij een volledige weergave van de vereisten aan een factuur.

Wat moet er op een factuur staan?
1. Factuurdatum
2. Opeenvolgend factuurnummer (meerdere reeksen zijn toegestaan)
3. Naam, adresgegevens en btw-identificatienummer van de ondernemer
4. Naam en adresgegevens van de klant
5. Btw-identificatienummer van de afnemer als een verleggingregeling van toepassing is (de btw wordt geheven van de afnemer) of het een buitenlandse transactie betreft.
6. De hoeveelheid geleverde goederen en/of diensten en een duidelijke omschrijving hiervan
7. De datum of periode waarop de levering of dienst heeft plaatsgevonden
8. De maatstaf van heffing voor elk btw-tarief of elke btw-vrijstelling, de eenheidsprijs exclusief btw en eventuele kortingen
9. Het toegepaste btw-tarief (bij verschillende prestaties telkens het btw-tarief vermelden): 0, 6 of 21 procent of Als van toepassing een verwijzing naar de vrijstelling die geldt
10. Het te betalen btw-bedrag
11. Eventueel een verwijzing naar vorige facturen, bijvoorbeeld in het geval van creditnota’s of voorschotten
12. Als de afnemer de factuur uitreikt in plaats van de leverancier of dienstverrichter moet er op de factuur staan: ‘factuur uitgereikt door de afnemer’
13. Als een verleggingregeling van toepassing is, dan moet er op de factuur staan: ‘btw verlegd’
14. Als van een Bijzondere regeling van toepassing is de vermelding: ‘Bijzondere regeling reisbureaus’, ‘Bijzondere regeling – gebruikte goederen’, ‘Bijzondere regeling – kunstvoorwerpen’, ‘Bijzondere regeling – voorwerpen voor verzamelingen of antiquiteiten’
15. Voldoet een fiscaal vertegenwoordiger de btw, vermeld dan ook zijn naw-gegevens en het btw-identificatienummer
17. Bij een verkoop van een vervoermiddel moeten de gegevens over het vervoermiddel (nieuw of gebruikt) worden opgenomen

Wilt u hulp bij het opmaken van uw factuur of uw boekhouding van uw eenmanszaak. Neem dan contact met ons op en laat u door b&d administratie partners assisteren/ adviseren (bel 078-8880233 of mail info@bdap.nl).

woensdag 19 september 2012

Gevolgen van de aanstaande BTW-verhoging


Nu de verkiezingen achter de rug zijn en ook de PVDA de aanpassing van de BTW per 1 oktober, niet van tafel haalt, wordt het hoge BTW tarief verhoogd van 19 naar 21 procent. Het lage tarief blijft 6 procent. In dit artikel behandelen wij de gevolgen van deze BTW-verhoging voor uw facturatie.
• Tijdig facturen aanpassen
• Tijdstip betaling of facturering niet relevant
• Overgangsregeling voor doorlopende prestaties


Tijdige actie
Zorg er voor dat je tijdig je facturen aanpast en 21 procent BTW vermeldt in plaats van 19 procent. Ook zal je je prijslijsten (denk aan advertentie websites) moeten aanpassen. Denk verder dat je het juiste percentage BTW vermeld op je overeenkomsten en brochures.
Hieronder behandelen we een aantal situaties over hoe om te gaan met deze BTW verhoging. Let op: In sommige gevallen moet je al vóór 1 oktober 2012 je tarief aanpassen. Misschien geldt dat ook voor bestaande overeenkomsten of uw administratieve systeem.

Per wanneer 21% hanteren
Bij de wijziging heeft het ministerie bepaald dat het tijdstip betaling van betaling en/of facturering niet van belang is. Als enig geldende criteria voor de toepassing van het juiste BTW-tarief is het tijdstip van de dienst of de levering. De factuurdatum of het tijdstip van betaling zijn dus niet relevant.
Dit betekent ook dat er geen BTW bespaard kan worden door bijvoorbeeld de klanten vooruit te laten betalen. Het toe te passen tarief hangt af van het tijdstip waarop u de goederen levert of de dienst verricht. Een aantal voorbeelden:

1) U levert/offreert na 30 september 2012 goederen of verricht diensten.

Je bent hierover 21 % BTW verschuldigd. Ook al factureer/ offreer je vóór 1 oktober 2012, dan moet je toch 21 % BTW in rekening brengen. Bij de aangifte BTW vermeld je de omzet waarover je al 21% hebt gerekend onder vraag 1c van uw aangiftebiljet;

2) U verricht diensten of levert goederen na 30 september, die u al heeft gefactureerd met 19%. 


Mogelijk heeft u in eerdere kwartalen reeds 19 % BTW afgedragen (bv bij vooruitbetaling). U moet nu alsnog over de totale prijs 21 % BTW betalen. Over de reeds afgedragen BTW dient u dus nog 2% extra af te rekenen.


3) omgekeerd geldt dat als u vóór 1 oktober 2012 de goederen levert of de dienst verricht en u factureert pas ná 30 september 2012.

U brengt nu maar 19 % BTW in rekening. Bij de aangifte in het 4e kwartaal geeft u, omdat dit percentage op dat moment afwijkt van het dan geldende percentage (21 %), deze omzet aan onder vraag rubriek 1c van het BTW aangiftebiljet.

Voor een aantal diensten geldt een overgangsregeling.

(Op)levering van onroerende zaken
Voor koop- en aannemingsovereenkomsten van onroerende zaken die vóór 1 oktober 2012 zijn afgesloten geldt een overgangsregeling. 

Dit geldt alleen voor werken waarvan de (op)levering van een bouwwerk dat vóór deze datum nog niet is (op)geleverd en waarin de overeenkomst voorziet in een betaling in termijnen. 
Het 21 procent-tarief geldt dan alleen voor de termijnen die vervallen ná 30 september 2012. Het is niet van belang wanneer de termijnen moeten worden voldaan; ook wanneer deze slechts aanleiding geven tot het berekenen van rente is de overgangsregeling van toepassing.

Doorlopende prestaties
Voor doorlopende prestaties geldt in principe dat de BTW verschuldigd is naar het tarief dat geldt op het moment waarop de prestatie volledig is afgerond. Indien dit moment vanaf 1 oktober 2012 is gelegen, zal over de gehele vergoeding het nieuwe verhoogde tarief van 21% van toepassing zijn. Dit zou inhouden dat de termijnen die al voor 1 oktober 2012 tegen BTW-tarief van 19% zijn gefactureerd, alsnog onder de 21% omzetbelasting zouden vallen.
Om dit te voorkomen is hier overgangsrecht op van toepassing.
Op basis van het overgangsrecht kunnen de termijnen van doorlopende prestaties die al voor 1 oktober 2012 zijn gefactureerd tegen het huidige omzetbelastingtarief van 19% plaatsvinden, zonder dat er een herrekening van omzetbelasting dienst plaats te vinden. 
Alleen voor ‘jaarfacturen’ geldt een aparte goedkeuring.

Verbouwingen

Voor onroerende zaken en verbouwingen is een overgangsregeling getroffen. Deze houdt in dat bij overeenkomsten voor de bouw van een onroerende zaak of een verbouwing die vóór 1 oktober 2012 is gesloten en waarbij in termijnen wordt betaald, over de termijnen vóór 1 oktober 2012 het 19% tarief van toepassing blijft. Het maakt hierbij dus niet uit dat de levering plaatsvindt na 30 september 2012. Let op: Onderhoud- of herstelwerkzaamheden vallen buiten de overgangsregeling.

Nieuwbouwwoningen

Voor nieuwbouwwoningen geldt een specifieke overgangsregeling. Als de bouw- / aannemingsovereenkomst is gesloten vóór 28 april 2012 en de betaling wordt gedaan vóór 1 oktober 2013, al dan niet in termijnen, dan geldt het 19% tarief. Let op: dit geldt alleen voor de bouw van de woning. Stel u heeft een bouwkavel gekocht vóór 28 april 2012 en sluit pas nadien de bouwovereenkomst, dan geldt deze regeling niet. Wel geldt dan de algemene overgangsregeling voor onroerende zaken waarbij voor de termijnen die zijn betaald vóór 1 oktober 2012 het 19% tarief geldt.

Mocht u nog vragen hebben naar aanleiding van dit artikel dan kunt u contact met ons opnemen.
b&d administratie partners bel 078-8880233 of mail info@bdap.nl. U kunt ook terecht op onze website www.bdap.nl voor meer informatie.

vrijdag 20 januari 2012

Werkt uw partner in uw zaak? Bespaar belasting en kies voor arbeidsbeloning of meewerkaftrek

Heeft u als ZZP’er een partner die meewerkt in uw bedrijf. Dan zijn er 2 manieren om dit fiscaal aantrekkelijk te doen. U kunt u ervoor kiezen uw partner een arbeidsbeloning toe te kennen of profiteren van de mee werkaftrek.
Arbeidsbeloning
Ondernemer
Bij een beloning van € 5.000 of hoger kunt u deze als bedrijfslast in mindering brengen op uw ondernemingswinst. Heeft uw partner zelf een baan (inkomen) dan is dit niet altijd voordelig, werkt uw partner niet of valt hij/zij in een lagere belastingschijf dan kan dit zeer interessant zijn.

Partner
Arbeidsbeloning uit de onderneming van uw fiscale partner
Was u niet bij uw fiscale partner in loondienst, maar kreeg u wel een beloning voor werk dat u voor uw fiscale partner deed? En was deze beloning € 5.000 of hoger? Dan is deze beloning geheel belast als inkomsten uit overig werk.

Meewerkaftrek
U kunt ook kiezen voor de meewerkaftrek. De meewerkaftrek bedraagt tenminste 1,25% en maximaal 4% van de winst. Voorwaarde hiervoor is dat uw partner minimnaal 525 uur heeft meegewerkt.

De meewerkaftrek is een onderdeel van de ondernemersaftrek. Als uw partner onbetaald meewerkt, kunt u na afloop van het jaar een bedrag aftrekken van uw winst: de meewerkaftrek. U moet dan wel voldoen aan het urencriterium. Het bedrag van de meewerkaftrek is afhankelijk van de hoogte van de winst en van het aantal uren dat uw partner meewerkt (zie tabel). De winst waarover u de meewerkaftrek berekent, is de winst uit een of meer van uw ondernemingen, verminderd met dat deel van de winst:
• Die is behaald met het (gedeeltelijk) staken van een onderneming
• die u hebt als gevolg van een vergoeding voor onteigening
• die is behaald door de onderneming (gedeeltelijk) naar het buitenland over te brengen

In de tabel hierna ziet u wat de meewerkaftrek voor 2011 is.
Meegewerkte uren Meewerkaftrek
                               Percentage (van de winst)
0 tot 525                       0
525 tot 875                   1,25 %
875 tot 1.225                2 %
1.225 tot 1.750             3 %
1.750 of meer               4 %

Let op!
Recht op meewerkaftrek bestaat ook als u uw partner wel een arbeidsvergoeding betaalt, maar deze vergoeding minder is dan € 5.000.
Omdat u het aantal meegewerkte uren aannemelijk moet kunnen maken, is het raadzaam een urenadministratie bij te houden. Het bedrag van de meewerkaftrek is voor uw partner geen inkomen. Uw partner hoeft daarover geen belasting te betalen.

Wilt u hulp bij de keuze wat voor u fiscaal het voordeligst is of uw boekhouding van uw eenmanszaak. Neem dan contact met ons op en laat u door b&d administatie partners assisteren/ adviseren (bel 078-8880233 of mail info@bdap.nl).

Nieuwe regeling privégebruik (zaken)auto

In de laatste aangifte omzetbelasting moet u elk jaar het privégebruik van auto aan geven. Afhankelijk van hoe u uw auto voor de BTW. In 2011 hebben we echter met een bijzindere situatie t maken. Dit komt omdat per 1 juli 2011 een nieuwe BTW-regeling is ingevoerd.
Dus heeft u in 2011 te maken met twee regelingen, namelijk de regeling vóór 1 juli 2011 en die van na 1 juli 2011.

• Zo berekent u de BTW in de nieuwe regeling
• Zo gaat u om met privégebruik auto
• Verschillende praktijkvoorbeelden

In dit artikel, zal ik ingaan op de verwerking van de laatste aangifte BTW 2011, met name inzake het privégebruik van de auto.

Hieronder treft u een aantal autosituaties aan. Ik merk hierbij op dat niet alle situaties zijn beschreven.

Casus
Stel: u als ondernemer of vennoot heeft een (bestel)auto met een catalogusprijs (incl. BPM en BTW) van € 25.000 en u heeft geen kilometeradministratie bijgehouden. De bijtelling hiervoor bedraagt 25%, derhalve een bijtelling van € 6.250. U geeft het privégebruik auto als volgt aan:



Auto (zakelijk) gekocht zonder aftrek van btw
Hebt u een auto zonder BTW aangeschaft en hebt u gebruik gemaakt van de 75%-regeling*, bijvoorbeeld omdat het een marge-auto was, dan geeft u het privégebruik als volgt aan:


Auto (prive) gekocht
U heeft uw auto prive gekocht en keert de zakelijke kilometers tegen de maximale belastingvrije vergoeding van 19% uit. Teven maakt u gebruik van de 75%-regeling*, dan hoeft u geen correctie privégebruik te doen. Wel kunt u een percentage % van de BTW op autokosten terugvorderen.

Stel: de Autokosten (bv: brandstof, onderhoud) tot 16 oktober 2011 bedragen €2.380. In de periode 17 oktober t/m 31 december bedragen de kosten € 1.190. en bedraagt de verhouding zakelijk** en privé kilometers 63,1%.


*75%-regeling: een auto waarop geen BTW in aftrek is genomen, maar voor de BTW wel zakelijk mee wordt gereden. De BTW op de autokosten is aftrekbaar
**Let op: voor de BTW tellen Woon-Werk kilometers als prive kilometers.
Indien je vanuit huis werkt en naar opdrachtgevers rijdt dan zijn alle kilometers als zakelijke kilometers te bestempelen.


U rijdt in een bestelauto die alleen wordt gebruikt voor goederen
Heeft u een bestelauto die u alleen gebruikt voor goederen, dan hoeft u het eerste half jaar geen
correctie aan te geven. Voor de tweede helft van het jaar zou u tevens geen privégebruik hoeven aan te geven, tenzij u woon-werkkilometers rijdt. In dat geval dient u de woon-werkkilometers bij te houden en geeft u op basis van het werkelijk gebruik de BTW aan*:


U stelt een bestelauto ter beschikking aan meerdere werknemers
Hiervoor geldt over het eerste halfjaar een correctie van € 300 x 12%. Voor de tweede helft van het jaar kunt u het forfait van 2,7% toepassen, indien uw werknemers naast de woon-werkkilometers ook privé rijden. Uitgaande hiervan dient u het privégebruik als volgt aan te geven:


U stelt een auto ter beschikking aan uw werknemer tegen een eigen bijdrage voor het privégebruik of uw BV stelt u een auto ter beschikking en u betaalt een eigen bijdrage.

Stel: u heeft uw werknemer verplicht een eigen bijdrage te betalen voor het privégebruik van de auto van bijvoorbeeld € 3.600 per jaar (€ 300 per maand: ervan uitgaande dat dit een normale waarde is). U dient dit als volgt aan te geven:


Meer informatie
Wilt u advies over de laatste aangifte omzetbelasting 2011 en over hoe u in 2012 uw auto BTW-optimaal kunt rijden, neem dan gerust contact met ons op.

b&d administratie partners is gevestigd in Alblasserdam en is bereikbaar op 078-8880233. Voor meer informatie kijk op www.bdap.nl

vrijdag 28 oktober 2011

Handige informatie voor (startende) ondernemer (4)

kosten-onderneming
Deze week het slot in de reeks van basisbegrippen waar je als zzp-er/ eenmanszaak mee te maken krijgt.
De kosten en afschrijvingen van een onderneming.

Als je de hele reeks hebt gelezen en misschien wel eerder dan zul je zien dat het zelfs bij een relatief eenvoudige administratie het al interessant is om de administratie uit te besteden zodat je je kunt richten op je bedrijf in plaats van op btw- en inkomstenaangiftes.

Kosten van de onderneming
Naast de btw die je betaalt over inkopen zoals apparatuur, software en diensten mag je de zakelijke kosten van dergelijke investeringen, exclusief btw deze kan je terugvorderen, van de omzet aftrekken. Op sommige producten is geen btw van toepassing, zoals postzegels.
Let op: Sommige bedrijfskosten, zoals boetes, zijn niet aftrekbaar. Anderen gedeeltelijk (zoals representatiekosten waarvan je 73,5% mag aftrekken). Het niet-aftrekbare gedeelte maak je ofwel terug over vanaf een privé-rekening of je laat het inboeken als privé-opname.

Grotere investeringen moet je afschrijven
Bedrijfsmiddelen zoals apparatuur en software gaan een aantal jaren mee. Vanaf een bepaald aankoopbedrag (€450 in 2011) mag per jaar een bepaald percentage maximaal worden afgeschreven. Hoe hoog de afschrijving maximaal mag zijn is voorgeschreven door de belastingdienst. Een starter mag in het eerste jaar er zelf voor kiezen om te werken met willekeurige afschrijving. Dit kan fiscaal voordeel opleveren.  

Tijdens de (krediet)crisis 2008 zijn een paar aanvullende maatregelen genomen die het tijdelijk sneller afschrijven wat gemakkelijker maakten. Er mocht in 2009, 2010 en 2011 50% per jaar worden afgeschreven om investeringen te stimuleren. Stel je schaft in 2010 een PC aan t.w.v. €600, dan trek je in 2010 en in 2011 €300 van de winst af.

Wilt u hulp bij uw boekhouding van uw eenmanszaak of heeft u vragen over de kosten en afschrijvingen van een onderneming? Neem dan contact met ons op en laat u door b&d administatie partners assisteren/ adviseren (bel 078-8880233 of mail info@bdap.nl).  

vrijdag 21 oktober 2011

Handige informatie voor (startende) ondernemer (3)

Deze week deel 3 in de reeks van basisbegrippen waar je als zzp-er/ eenmanszaak mee te maken krijgt: De inkomstenbelasting

inkomstenbelastingAls je de hele reeks hebt gelezen en misschien wel eerder dan zul je zien dat het zelfs bij een relatief eenvoudige administratie het al interessant is om de administratie uit te besteden zodat je je kunt richten op je bedrijf in plaats van op btw- en inkomstenaangiftes.

Ondernemer voor de inkomstenbelasting?
Of je voor de inkomstenbelasting door de belastingdienst ook  gezien wordt als ondernemer kun je via een test op de website van de belastingdienst nagaan. Deze geeft een indicatie of je inkomsten als bijverdiensten of als ondernemer worden gezien. Als je echt gaat freelancen dan kun je vooraf duidelijkheid krijgen over of de belastingdienst je als ondernemer of werknemer ziet door een verklaring arbeidsrelatie (var) aan te vragen bij de Belastingdienst.

Op de belastingaangifte voor de inkomstenbelasting kun je je extra inkomsten op twee manieren opgeven: als “overige inkomsten” of als “winst uit onderneming”. In beide gevallen geef je de winst op (opbrengsten – gemaakte kosten) als inkomen waarover je een belastingtarief betaalt afhankelijk van de belastingschijf waarin je terecht komt. Je winst is dus bruto inkomen waarover je nog loonheffing moet betalen.

De post “overige inkomsten” is bedoeld voor niet structurele inkomsten waarover nog geen loonheffing is ingehouden zoals een incidenteel (freelance) advies of lezing.

Bij structurele inkomsten (onder andere met meerdere opdrachtgevers) kan de belastingdienst je zien als ondernemer en mag je de winst opgeven als “winst uit onderneming”. Dat is interessant omdat je dan aftrekposten mag opvoeren zoals startersaftrek, MKB-winstvrijstelling, zelfstandigenaftrek en aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk en fiscale oudedagsreserve, investeringsaftrek. Op de meeste aftrekposten is het urencriterium van toepassing: er moet 1225 uur per jaar worden gewerkt in de onderneming (dat is meer dan 20 uur per week in een jaar van 52 weken). Naast deze extra eisen moet je een balans meesturen met je belastingaangifte.

Sinds 2010 is het urencriterium niet van toepassing op de MKB-winstvrijstelling en kan de winst met een bepaald percentage worden verlaagd voordat (inkomsten)belasting wordt geheven. Dit maakt dat het voor meer mensen interessant is om als ondernemer behandeld te worden.

Wilt u hulp bij uw boekhouding van uw eenmanszaak of heeft u vragen over de inkomstenbelasting? Neem dan contact met ons op en laat u door b&d administatie partners assisteren/ adviseren (bel 078-8880233 of mail info@bdap.nl).